Als Je Dit Begrijpt, Zul Je Jezelf Nooit Meer Op Dezelfde Manier Zien


Ik ben onlangs weer begonnen met mediteren — of zoals ik het liever noem, spiritueel oefenen. Want ik mediteer niet op de manier zoals de meeste mensen zich dat voorstellen. Zittend op een kussen, met wat Oosterse muziek op de achtergrond, een paar kaarsen die een aangename geur verspreiden, en mijn ogen gesloten. Dat is een vorm van meditatie, dat weet ik, en daar is niets mis mee. Maar ik zie het meer als wellnessmeditatie.

Het doel is vaak om de geest tot rust te brengen en meer ontspannen te worden. Om Zen te worden. Maar je kunt hetzelfde bereiken in een sauna of spa. Vandaar de term “wellnessmeditatie.”

De reden dat ik mijn manier van mediteren anders zie dan wat ik zojuist beschreef, is omdat ik écht even met mezelf ben en helemaal niets doe. Geen telefoon, geen computerscherm, geen tv, geen muziek — helemaal niets. Pure stilte. En daar komt het woord ‘oefenen’ om de hoek kijken. Want het klinkt misschien simpel, maar het is niet makkelijk.

Misschien herken je wat ik nu ga zeggen: mijn ego wil altijd iets doen. Niets doen voelt “nutteloos.” Het brengt me niet dichter bij bepaalde doelen, en ik zou die tijd “beter” kunnen besteden aan productieve dingen. Meer werk verzetten voor mijn werkgever, meer opruimen en organiseren, meer schrijven, meer geld verdienen online. Misschien alvast wat voorbereiden voor morgen? Of wacht, ik kan me ook gewoon afleiden — gamen, lezen, YouTube kijken...

Snap je wat ik bedoel? Het ego is altijd bezig. Niets doen bestaat niet in zijn woordenboek.

Maar niets doen is ongelooflijk belangrijk. Want als je het wél doet, blijf je over met alleen je gedachten, en kun je ze in volledige stilte observeren. Gewoon kijken, met een bepaalde mildheid, zonder oordeel. Geen afleiding, gewoon zitten met wat er is en het voelen. Dát is de oefening.

Het ego wil meestal twee dingen: iets hebben, of ergens vanaf komen. Als je helemaal niets doet en gewoon zit met wat er is, komen er allerlei gedachten op, die emoties met zich meebrengen. Ongemakkelijk voor het ego — en dat is precies de bedoeling. Niet wegrennen voor die gedachten en gevoelens, maar ze simpelweg ervaren. Ze zien voor wat ze werkelijk zijn: gedachten en gevoelens. Niets meer, niets minder. Jij bent niet je gedachten en gevoelens. Jij bent degene die ze waarneemt.

En dat brengt ons bij de volgende oefening — je niet identificeren met je gedachten of emoties.

Toen ik hier voor het eerst mee begon, werd ik binnen vijf minuten al onrustig en ongemakkelijk. Vijf minuten lijkt vaak niets — totdat je vijf minuten helemaal niets moet doen. Probeer het eens. Gewoon zitten, vijf minuten lang, zonder afleiding, alles uit, geen telefoon, niets. Ik ben benieuwd wat je zult ervaren.

Inmiddels zijn vijf minuten niet genoeg meer voor mij. Tien minuten voelt beter, en het liefst meerdere keren per dag. Ik begin dit soort tijd voor mezelf steeds meer te waarderen, zelfs als het ongemakkelijk voelt. Het is een geweldige oefening om door het ego heen te prikken, want laten we eerlijk zijn — hoe vaak duwen we ongemakkelijke gevoelens weg? Al onze onzekerheden, zelfafwijzing, gedachten die we niet willen denken, gevoelens die we niet willen voelen.

Ik ben al meer dan zeven jaar nuchter, dus ik gebruik geen middelen meer om gevoelens na te jagen of ervoor te vluchten. Maar er zijn genoeg andere manieren om onszelf af te leiden en weg te rennen van onze gedachten en emoties. En natuurlijk heeft dat totaal geen zin, want uiteindelijk moeten we er tóch zelf mee dealen! Ervoor weglopen doet meestal meer kwaad dan goed, en het verdoven ervan is net zo contraproductief — want in werkelijkheid is het gewoon een vorm van zelfafwijzing. Verdoven en afleiding zoeken zijn manieren om jezelf niet volledig te accepteren. Als je probeert je verdriet, onzekerheid of angst te verdoven, zeg je indirect tegen jezelf: “Deze gevoelens horen hier niet. Ik wil ze niet voelen.” Daarmee wijs je een deel van jezelf af, in plaats van het te accepteren.

Hetzelfde geldt voor afleiding zoeken — daarmee geef je eigenlijk het signaal af dat je niet genoeg bent voor jezelf. Je hebt iets externs nodig (afleiding, goedkeuring van anderen, middelen, enz.) om je goed te voelen. Dit versterkt alleen maar het idee dat je zonder die dingen niet goed genoeg bent. En daar komt de link met zelfafwijzing om de hoek kijken. En ik zie geen enkele reden waarom ik niet goed genoeg zou zijn — behalve als het een aangeleerde overtuiging is. Mijn ego zou zich er dan aan vastklampen en zich ermee identificeren. En zodra DAT gebeurt, tja, dan word je inderdaad ‘niet goed genoeg’…

Maar door te oefenen, door te mediteren op de manier die ik beschreef, begin je dit spelletje te doorzien. Verdoving en ontsnapping zijn slechts tijdelijke oplossingen, en je kunt er zeker van zijn dat de pijn of onzekerheid vroeg of laat terugkomt — vaak nog sterker. Dit leidt meestal tot zelfveroordeling omdat je weer in dezelfde patronen bent gevallen (“Zie je wel? Ik kan dit niet.”), wat de zelfafwijzing alleen maar versterkt…

Daarom wil ik benadrukken hoe belangrijk het is om gewoon te zitten met je emoties, hoe ongemakkelijk ze ook zijn. In plaats van jezelf af te wijzen door ervan weg te rennen, probeer te accepteren wat er ook maar opkomt en kijk er met vriendelijkheid naar.

Dus in plaats van te vluchten, te verdoven of jezelf af te leiden… wat als je er gewoon mee zou zitten?

Wat als je alles gewoon zou laten zijn, zonder oordeel?

Wat denk je dat je dan zou ontdekken?



Als je mijn werk waardeert en me een kopje koffie wil kopen om me te steunen, dan kan dat via deze link.